Ga naar de hoofdinhoud.

Importtoetsen op bonenzaden voor detectie van CFF in 2025

Importeert u zaden van Phaseolus vulgaris of Phaseolus coccineus? Deze zaden kunnen besmet zijn met het EU-quarantaineorganisme Curtobacterium flaccumfaciens pv. flaccumfaciens (Cff). Naar aanleiding van een recente uitbraak in Nederland worden er vanaf maandag 6 januari 2025 aanvullende importcontroles uitgevoerd om nieuwe uitbraken te voorkomen. Het risicogericht toetsen bij import voor het opsporen van een symptoomloze infectie is een Europese verplichting.

Geen importeisen met betrekking tot Cff
Hoewel Cff een EU-quarantaineorganisme is, gelden er geen aanvullende eisen bij import van waardplanten, anders dan dat deze producten vrij moeten zijn van Cff. Dat betekent dat het verzendende land bepaalt hoe het garandeert dat de partij vrij is. Er hoeft ook geen bijschrijving over Cff opgenomen te worden op het fytosanitaire certificaat. Cff kan symptoomloos voorkomen in planten en zaden en daardoor niet opgemerkt worden bij een visuele- of veldinspectie. Zo kan het gebeuren dat er geïnfecteerd materiaal voor import wordt aangeboden, hoewel het op basis van een dergelijke inspectie vrij is bevonden. Cff kan echter betrouwbaar worden aangetoond met behulp van een laboratoriumtoets.

Steekproeven bij import van zaad
Om nieuwe uitbraken te voorkomen zal de NVWA vanaf begin 2025 een groot aantal importzendingen van zaden van Phaseolus vulgaris en P. coccineus onderwerpen aan een laboratoriumtoetsing. Deze twee Phaseolus soorten vallen onder art. 72 van de Plantgezondheidsverordening (Verordening (EU) 2016/2031) en zijn inspectieplichtig. Tijdens de reguliere inspectie wordt steekproefsgewijs een aanvullende bemonstering uitgevoerd.

Inspecteurs nemen monsters van zendingen die vanuit landen buiten de EU naar Nederland komen. Dit doen ze in de vorm van steekproeven. Minimaal 50% van de zendingen met zaden van Phaseolus vulgaris en Phaseolus coccineus van alle herkomsten worden onderzocht op de aanwezigheid van Cff. Indien een derde land op het fytosanitaire certificaat van export heeft verklaard dat alle partijen in de zending zijn getoetst op Cff en hiervan vrij zijn bevonden, kan de zending buiten de steekproef vallen. Een laboratoriumattest is niet voldoende; de verklaring moet zijn opgenomen op het fytosanitaire certificaat.

Geef de geslacht- en soortnaam van het product op bij import
Andere soorten uit het genus Phaseolus zijn niet 100% inspectieplichtig. Geef bij de aangifte in CLIENT-Import* daarom altijd de geslachts- en soortnaam op om te voorkomen dat uw zending onnodig in de bemonsteringssteekproef valt. Partijen die op basis van enkel de geslachtsnaam worden ingevoerd kunnen in de steekproef vallen omdat er sprake kan zijn van producten die de NVWA moet inspecteren. Partijen die in de steekproef vallen kunnen bemonsterd en getoetst worden, ook als het niet om Phaseolus vulgaris en P. coccineus gaat.

*CLIENT-Import is het systeem waarin bedrijven aangifte doen van importzendingen.

Hoe nemen we de steekproeven?
We beschouwen elk fytosanitair certificaat, dus elke zending, als een eenheid. Voor de steekproeven maken we gebruik van CLIENT-Import. Dit systeem selecteert willekeurig een fytosanitair certificaat. De inspecteur bemonstert vervolgens willekeurig een van de partijen die horen bij dat certificaat. Die partij toetsen we op de aanwezigheid van Cff.

Partij vastgelegd tijdens onderzoek
Het toetsen van een monster kan 3 tot 6 weken duren. Het kan langer duren als er veel zendingen het land binnenkomen. De bemonsterde zaadpartij wordt in die periode vastgelegd. Ook gerelateerde zaadpartijen leggen we vast, ten minste alle P. vulgaris en P. coccineus zaadpartijen die onder hetzelfde fytosanitair certificaat vallen.

Wat betekent het als mijn partij wordt vastgelegd?
U mag geen handelingen uitvoeren aan het materiaal, tenzij NVWA daar toestemming voor geeft. U mag de partij niet (laten) vervoeren, bewerken of verpakken. Ook mag u geen andere aanvullende monsters van deze partij nemen. U mag alleen handelingen verrichten die nodig zijn om de houdbaarheid van het product te garanderen. Vraag op de inspectielocatie na wat er mogelijk is.

U krijgt de uitslag van de toets
Is de uitslag van de toets negatief? Dan is er geen Cff aangetroffen en mag u de zending invoeren. Is de uitslag van de toets positief? Dan worden er maatregelen opgelegd en mag de partij niet ingevoerd worden.

Wat als een partij besmet is?
Blijkt uit beide toetsen dat een partij besmet is? Dan moet deze worden vernietigd of retour gestuurd naar het land van verzending. Een Cff-vondst heeft ook gevolgen voor de andere partijen zaad die onder hetzelfde fytosanitair certificaat vallen. De importeur kan dan uit de volgende 3 opties kiezen:

  • De partijen vernietigen

  • De partijen retour sturen naar het land van herkomst

  • Alle afzonderlijke partijen, met uitzondering van de besmet bevonden partij(en), officieel (laten) toetsen

U mag alleen partijen invoeren waar geen Cff op is aangetroffen. Een Cff vondst bij import kan leiden tot een vervolgonderzoek. Ook kunnen er maatregelen volgen voor partijen met dezelfde moederplanten die tot een ander fytosanitair certificaat behoren.

Als importeur betaalt u de kosten van de monstername en het laboratoriumonderzoek.

Europese maatregelen
Andere EU-lidstaten hebben vergelijkbare maatregelen genomen of zullen deze instellen. De Europese Commissie zal dit mogelijk vastleggen in een tijdelijke verordening. Hierin wordt vastgelegd dat lidstaten op dezelfde wijze een importmonitoringstoetsing uitvoeren, ofwel dat er toets verplichtingen voor zaad zullen gelden in landen van herkomst voorafgaand aan export naar de EU. Het is mogelijk dat in deze verordening ook andere vlinderbloemigen worden toegevoegd aan de maatregelen. Deze EU-harmonisatie vindt waarschijnlijk gedurende de eerste helft van 2025 plaats.