Ga naar de hoofdinhoud.

Inspectiepercentages en dynamiek

De inspectiepercentages voor de kwaliteitscontrole bij import van groenten en fruit worden jaarlijks bepaald. Deze percentages zijn gebaseerd op de inspectieresultaten van het voorgaande jaar. De vaststelling gebeurt volgens een bepaalde systematiek en rekening houdend met een risicoanalyse die staat beschreven in Verordening EU nr. 543/2011 en per 1-1-2025 in Verordening EU nr. 2023/2430. De relevante wetgeving m.b.t. handelsnormen vindt u op de pagina: handelsnormen

Voor 87 producten geldt een controleplicht. Het inspectiepercentage wordt aangepast als het risico voor een combinatie van product en herkomstland laag of juist hoog is. De geldende inspectiepercentages vindt u hier.

Verlaagd inspectiepercentage

Er geldt een lager inspectiepercentage (minimaal 5%) voor import van groenten en fruit door bedrijven met een RIK-erkenning. Lees op onze site meer over RIK-erkenningen.

Ook voor zendingen met een normcontrole-certificaat uit een erkend niet-EU-land (“derde land”) geldt een verlaagd inspectiepercentage.

Een niet-EU-land (“derde land”) dat exporteert naar de EU kan een verzoek bij de EU indienen voor erkenning van de exportcontroles. Dat kan op basis van artikel 15 van de EU-verordening 543/2011. Als de EU bepaalt dat de controles in dat land minimaal gelijkwaardig zijn aan de EU-handelsnormcontroles, dan komt het land (voor bepaalde producten) op de lijst met erkende derde landen te staan. Deze lijst vindt u onder ‘Formulieren & Documenten’.

Hierbij geldt dat de zending vanuit het land vóór export ter controle moet zijn aangeboden bij de controledienst in het erkende derde land. De zending krijgt na de controle een normcontrolecertificaat. Een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land wijst bij import in Nederland op een lager risico op kwaliteitsproblemen. 

Het normcontrolecertificaat uit een erkend derde land leidt tot een lagere controlefrequentie bij import (minimaal 5% controle). Daarmee is de kans kleiner dat de zending wordt geselecteerd voor inspectie in Nederland. Op die manier heeft het ontvangende bedrijf in Nederland voordeel van een controlecertificaat.

De eventuele selectie voor inspectie vindt plaats via de risicoanalyse zoals die staat beschreven in CLIENT Import. De aangever geeft bij de aangifte in CLIENT Import aan of een zending een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land heeft. Vermeld hiervoor altijd het normcontrolecertificaatnummer. 

Als er een nummer bij de aangifte staat, dan wordt hier bij de risicoanalyse rekening mee gehouden. De aangever is overigens niet verplicht om het normcontrole-certificaatnummer bij de aangifte te vermelden. Een aangifte zonder normcontrolecertificaatnummer betekent wel een hogere controlefrequentie.

De controlefrequentie voor zendingen met een normcontrolecertificaat is minimaal 5%.

De EU werkt met een sjabloon voor dit certificaat (dat staat in Bijlage III van EU-verordening 543/2011). Vanaf 1 januari 2025 geldt Bijlage III van de EU-verordening 2023/2430. Bekijk het sjabloon hier.

Erkende derde landen hebben een eigen document, dat gebaseerd is op dit sjabloon.