Kwaliteits-Controle-Bureau

Kwaliteit G&F – Dynamische Inspectiepercentages

De inspectiepercentages voor de kwaliteitscontrole bij import van groenten en fruit worden jaarlijks vastgesteld op basis van de inspectieresultaten van het voorgaande jaar. Dit gebeurt volgens een bepaalde systematiek en conform de risicoanalyse als vermeld in Verordening EU nr. 543/2011.

Voor 87 producten geldt een controleplicht. Indien het risico voor een bepaalde combinatie van product en land van herkomst als laag of juist hoog wordt beoordeeld, wordt het inspectiepercentage aangepast.

Er geldt een gereduceerd inspectiepercentage van minimaal 5% voor import van groenten en fruit door bedrijven met een RIK erkenning. Meer informatie over RIK-erkenningen vindt u hier.

Voor zendingen met een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land geldt ook een verlaagd inspectieregime.

Wat is een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land?

Een naar de EU exporterend derde land kan, op basis van artikel 15 van de EU-verordening 543/2011, bij de EU een verzoek indienen voor erkenning van de exportcontroles. De EU toetst het verzoek en wanneer de EU heeft vastgesteld dat de controles minimaal gelijkwaardig zijn aan de EU-handelsnormcontroles, dan wordt het betreffende land (voor bepaalde producten) op de lijst met erkende derde landen geplaatst. Deze lijst vindt u onder Formulieren & Documenten.

Het principe van erkenning is, dat bij export vanuit een erkend derde land naar de EU de zending vóór export bij de controledienst in het betreffende land ter controle is aangeboden. De betreffende zending wordt vervolgens na controle voorzien van een normcontrolecertificaat. Een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land geeft daarmee bij import in Nederland een lager risico aan op kwaliteitsproblemen. De controlefrequentie bij import is hierop aangepast (minimaal 5% controle) waardoor de kans dat de zending wordt geselecteerd voor inspectie in Nederland lager is. Het ontvangende bedrijf in Nederland heeft daarmee dus voordeel van zo een controlecertificaat.

Hoe krijgt een bedrijf in Nederland voordeel bij de inspectie?

De eventuele selectie voor inspectie vindt plaats via de risicoanalyse die is opgenomen in CLIENT Import. De aangever maakt in de aangifte in CLIENT Import kenbaar of een zending vergezeld gaat van een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land. Dit gebeurt door vermelding van het normcontrolecertificaatnummer. Als er een nummer in de aangifte vermeld staat, dan wordt hier in de risicoanalyse rekening mee gehouden. Het normcontrolecertificaatnummer dient uiteraard overeen te komen met het betreffende document. De aangever is overigens niet verplicht tot vermelding van het normcontrole-certificaatnummer in de aangifte. Een aangifte zonder normcontrolecertificaatnummer is in principe correct maar leidt tot een ander, hogere controlefrequentie.

De controlefrequentie voor zendingen met een normcontrolecertificaat is minimaal 5%.

Hoe ziet een normcontrolecertificaat uit een erkend derde land er uit?

In de EU is een sjabloon voor dit certificaat vastgesteld en dit is opgenomen in Bijlage III van EU-verordening 543/2011. Erkende derde landen hebben een eigen document dat gebaseerd is op dit sjabloon.
Raadpleeg hier het sjabloon.